Oorsprong
De Fatsia japonica, ook wel vingertopplant of papierplant genoemd, stamt oorspronkelijk uit Japan, Zuid-Korea en Taiwan. Hier groeit de plant vaak in bergachtige gebieden en in bosrijke omgevingen. De naam 'Fatsia' is afgeleid van het Japanse woord 'hatsuya', wat 'acht vingers' betekent, dit verwijst naar het aantal punten op de bladeren.

Kenmerken
De Fatsia japonica is een groenblijvende, bossige struik die vaak wordt gekweekt voor de decoratieve, grote, handvormige bladeren. De bladeren zijn rijk glanzend, donkergroen en kunnen tot 45 cm breed worden. In de herfst produceert de Fatsia japonica kleine, stervormige, witte bloemen die in grote trossen groeien. Deze bloemen ontwikkelen zich verder tot kleine zwarte vruchten.

Verzorging
De Fatsia japonica is een plant die gemakkelijk te onderhouden is en past zowel binnen in huis als buiten in de tuin. De plant heeft het liefst een lichtbeschaduwde tot schaduwrijke standplaats en dient matig bewaterd te worden, zonder dat de wortels in het water staan. Om de rijkdom aan bladeren te behouden, drogen de bladeren het best niet uit. Snoei in het voorjaar om de plant compact en strak te houden. De Fatsia japonica is bestendig tegen lage temperaturen, maar heeft bescherming nodig tegen vorst.